De boog bij de A1

Schepen, fabrieken en stoomgemalen. Vliegtuigen, locs en vrachtwagens. Sluizen en bruggen…ze kunnen me niet groot genoeg zijn.
Zeker één keer in de week rijd ik over de A1 langs een brug in aanbouw. Een staalconstructie die langzaam maar zeker tot een boog werd. Eerst waren er reusachtige stalen steigers van een hardblauwe kleur die de ogen deden knipperen en het idee gaven dat er langs de snelweg een kunstenaar bezig was met een object.

"Schepen, fabrieken en stoomgemalen...

“Schepen, fabrieken en stoomgemalen…”

Een kunstwerk zoals die inkeping in het viaduct, ook aan de A1. Een scheur in het beton, er stak een hap steen uit, alsof de pijler op instorten stond. Het had deels een kleur gekregen zodat ons, automobilisten, duidelijk werd dat het hier kunst betrof. Dit tegen de zin van de maker, die zijn schepping de gewone beton kleur had wil laten houden. Maar Rijkswaterstaat kreeg zo veel verontruste telefoontjes over een viaduct dat op omvallen stond dat voor deze oplossing werd gekozen.

Die hardblauwe pijlers. Fier afstekend tegen de lucht boven Muiderberg, het dorp van een heldin uit Het Boschhuis, mijn overgrootmoeder Jannetje. Alsnog een monument ter harer ere. Toch niet voor niets als zeventienjarige de boot naar Indië genomen en aan Sumatra’s Oostkust het bed gedeeld met een wildvreemde vierendertigjarige die al snel ziek werd en die dankzij haar kloeke besluit om de boot terug te nemen toch nog zijn jonge-oude dag in Muiderberg sleet als vroeg-oude vader van vier prachtige kinderen.

 

Mijn overgrootmoeder Jannetje uit Muiderberg

Overgrootmoeder Jannetje uit Muiderberg

De staketsels bleken steunen voor een boog in aanbouw. Stempels zo gezegd. De weken daarna passeerde ik met ingehouden adem de bouwplaats in de verte, benieuwd of alle stukjes pasten. De delen van de boog kwamen uit België, las ik, waren aangevoerd met zwaar materieel. Van die vrachtwagens met oranje lichten en voor en achter busjes, een transport zoals je dat in het holst van de nacht voorbij ziet kruipen. Met bladen voor windmolens of betonnen leggers, zo lang, dat je bang bent dat ze breken.

De delen pasten en de boog beschouw ik als een nieuwe ode aan mijn overgrootmoeder. Ze was een vrome vrouw, wars van uiterlijk vertoon. Ze zal zich vast hebben afgevraagd waarom het nou een boog moest zijn. In haar tijd, waren spoorbruggen stoer en rechttoe rechtaan. Een stuk goedkoper, zou ze gezegd hebben.

De boog wordt over een tijd verplaatst. En naar de plek gereden waar hij hoort. Ontelbare tonnen staal op zo’n voertuig waarvan er maar enkelen in Europa beschikbaar zijn. Een duizendpoot maar dan met wielen. Voor dat vervoer leggen ze een aparte weg aan. Want het mega-transport vereist een onberispelijk vlakke asfalt laag.
Er is een animatie te vinden op een site van Rijkswaterstaat.
Maar ik wil er in het echt bij zijn, heb hem tenslotte zien bouwen.