Mien

We hebben hier in de tuin nog grindtegels. Die hoor je in het Gooi weg te doen. Of te keren. Gladde onderkant boven. Zo lijkt het nog iets. Doen wij niet. Wij houden ze, zoals ze horen, met het restje bielzen dat, toen we het huis ruim twintig jaar geleden kochten, al gaten en kieren vertoonde en waar toen al allerlei beestjes in huisden.

IMG_1759

Toch moesten die tegels laatst worden gereinigd, vonden we. We schrobden en spoten en de tegels waren weer als nieuw. Wie ontwikkelde ze? Wie kwam op het idee ze te maken? En hoe werden ze zo’n succes dat binnen de kortste keren heel Nederland er mee vol lag? Vragen die ik snel beantwoord kreeg op internet. Een formidabele vrouw rees op, een interessante workaholic, een inspirator voor velen, een feministe en, bleek in de oorlogsjaren, ook nog es een heel dapper mens.

Ik deed navraag, verbaasd dat er nog geen biografie van Mien Ruys was en ontdekte dat die in de maak was. Leo den Dulk bleek er al jaren mee bezig. Zo kwam het uiteindelijk tot dat onderwerp over Mien. “Mien wie?” vroegen sommigen op de redactie. Dus was de uitdaging een verhaal te maken waarin “die lange van Ruys” een eigentijdse vrouw werd.

IMG_1778Groten van nu zijn volgens Den Dulk schatplichtig aan haar. “Ze wees me de weg” zei tuinarchitect Piet Oudolf  toen we bij hem en zijn vrouw waren. In dat paradijs in Hummelo. Die tuinen waar de wind door de grassen gaat, de hagen, die als je goed kijkt, uit verschillende heesters blijken te bestaan. Ik zag ons weer lopen tijdens die prachtige vakantie die ons ooit werd gegund. Drie weken in Chicago. Met de kinderen wandelend door het Milleniumpark, natuur bij de wolkenkrabbers, zo ontworpen en aangelegd dat je je heel ver buiten waande. “Kijk” zei Oudolf en rolde de kaarten uit van een volgend project. Begin zeventig is hij en nog volop bezig. Zoals Mien.

IMG_1895

IMG_1884

 

 

 

 

 

 

Haar proeftuinen zijn, volgens de kenners, nu op z’n mooist. We draaiden ons suf. We filmden en interviewden. Onderbraken het gesprek met haar biograaf om de Italiaanse tuinliefhebbers die kwetterend over de paden gingen om stilte te verzoeken.

IMG_1745

Vaste planten, zij was het die als een van de eersten werkte met vaste planten. Alleen planten die het bij haar goed deden, daar ging ze mee door. Ze werkte met de grond die beschikbaar was. Planten die tegenvielen, daar nam ze voorgoed afscheid van, vertelde Den Dulk.

Een openbaring. Ik dacht daar in Dedemsvaart, bij de stadstuin met perfecte zandbak met deksel (die had ik gewild toen de kinderen klein waren) aan de mislukkingen. Die karrenvrachten plantjes die ik vrolijk stappend door het tuincentrum in mijn altijd stroef lopende wagentje zette. En waarvan  ik me bij de kassa verbaasde over de kosten. Maar mezelf dan voorhield dat de tuin dit keer ongelofelijk tot bloei zou komen. Jaar na jaar…

IMG_1768Nu weet ik dat ik teveel wilde. Eindelijk eens moet kijken wat het op die zandgrond wel en niet doet. Niet proberen de droomtuin van vrienden in Eenrum, Baflo, Usquert, Haamstede, Amsterdam, Haarlem te evenaren. Omdat dit is wat het is en het met die schaduw, die hoge bomen, die rare uitgegroeide conifeer die de kinderen gebruikten als klimboom en die daarom moet blijven, nooit zal worden als bij anderen.

Mien ging de afgelopen dagen voor me leven. In een televisieprogramma uit 1982 praat ze lang en openhartig met Koos Postema. Wat is ze geestig, wat is ze leuk. Net als het beeld dat Den Dulk van haar schetst, blijkt ze veel meer dan de gedreven tuinarchitecte.

Haar moeder noemt ze “een engel”. Haar vader was streng.  Ze lijkt, vindt ze, meer op hem. “Mijn vader speelde veel muziek, veel piano” vertelt ze aan Postema. “Ik herinner me dat ik naar het houtvuur lag te kijken en te luisteren. Mij trof Chopin het meeste en ik heb me wel eens afgevraagd: waarom. Het is een combinatie van mateloos verdriet en uitzinnige vreugde. In dezelfde seconde.”

IMG_1810Ze trouwde laat. Was heel gelukkig met haar Theo. De uitgever bracht extra’s in haar leven. Vrienden, gezelligheid, lekker eten, vakanties. Het huisje waar ze in de zomer verbleven, aan de rand van de proeftuin in Dedemsvaart, is er nog. Daarnaast woonden de zussen van Mien. Ze had er een tijd een wat stroeve relatie mee. Leo den Dulk vertelde, staand op het terras van Wiekent hoe Mien en Theo daar met hun vrienden uitgebreid dineerden. En dat Theo dan duidelijk hoorbaar voor  de buurvrouwen vroeg: “geef mij nog eens zo’n overheerlijk kippenpootje aan?”

Theo, trouwens, had niets met tuinieren. Die zat in zijn stoel en las, vertelt Mien. En knoopt er bij Postema een prachtige postume liefdesverklaring aan vast. Dat hij geen groene vingers had. Maar dat gaf niets. Voor hem haalde ze juist alles uit de kast. Ze straalt als ze het vertelt:
“Ik bouwde tronen voor hem op de mooiste plekjes.”
Dan ga ik vandaag maar eens aan de gang in de tuin. Met een nocturne van Chopin in de oren en Mien in gedachten.

IMG_1777

 

Bewaren

Bewaren

Bewaren

Bewaren

Bewaren

Bewaren

Bewaren

Bewaren

Bewaren

Bewaren

Bewaren

Bewaren

Bewaren

Bewaren

Bewaren