Het schilderij van Lina Gratama

Ze heeft een zuinig trekje om de mond en haar blouse is zo keurig. Op de kraag zit op een onhandige plek een broche gespeld. Een beetje een kleurloos meisje, als er die ogen niet waren geweest. Verdriet om een ouder die te jong stierf?  Een ongelukkige jeugd in een veel te groot en kil huis waar de juffrouw die de moeder onmogelijk kan vervangen de scepter zwaait? Het was vanwege die ogen maar vooral om de naam van de schilderes dat ik het portret jaren geleden
– voor een prikje- kocht. Lina Gratama, een Groningse vermoedde ik en dacht even met een in 1916 geschilderd zelfportret van doen te hebben.

Lina werd inderdaad in Groningen geboren, op 19 maart 1875. Dus zij kon het jonge meisje op het schilderij niet zijn. Petronella Johanna Carolina was het kind van Koenraad Wolter Gratama en Rudolphina Mechteld Ribbius. Die zouden vijf kinderen krijgen. Gerard, ook wel Gerrit (1874), schilder en de latere directeur van het Frans Hals Museum in Haarlem, Lina (1875), Sibrand (1876), Jan (1877), architect, stedebouwkundige.  https://nl.wikipedia.org/wiki/Jan_Gratama en Johanna Gesina (1886)

Japan

De kinderen Gratama hadden een bijzondere vader. Hij sprak Japans. In 1866 was de officier van gezondheid der tweede klasse in dienst getreden van de shogun om in Japan medisch onderwijs te kunnen geven. Hij zat in Deshima, daarna in Edo, het huidige Tokio. In Osaka liet hij een laboratorium bouwen en legde daarmee de grondslag voor het scheikundig onderwijs in Japan. De brieven uit zijn Japanse periode, van 1866-1871, zijn gebundeld in het boek ‘Leraar onder de Japanners’ (Ingeleid en geannoteerd door H. Beukers, L. Blussé, R.Eggink, de Bataafsche Leeuw,1987)

In mei 1866 schrijft hij in een brief uit Nagasaki aan zijn ‘waarde broeder Jan’ over het leven in Japan dat hem ‘bijzonder goed’ bevalt. Maar ‘iedere medaille heeft zijn keerzijde’. Hij zit te eten bij zijn chef, ook een Nederlander. Er komt iemand langs die vertelt dat er die middag een lichte schok gevoeld is. Beide Nederlanders hadden er niets van gemerkt. “Zoodat wij een ongeloovig gezigt zetten. Op het zelfde ogenblik riep de verteller uit: daar is weer een schok, en wees op de wijnglazen, waarin de wijn in eene ligte beweging kwam. Ook nu bleef ik ongeloovig, totdat onmiddellijk daarop eene schok volgde, die het geheele gebouw deed schudden.” Ze gaan naar buiten. “Op straat vonden wij alle bewoners van Decima verzameld, allen in groote angst dat de schokken zich zouden herhalen.” Hij hoort de verhalen over verwoestende aardbevingen. “Gij kunt begrijpen dat ik, nieuweling in Japan, eene zeer onrustige nacht doorbragt. Ik meende ieder oogenblik het rommelend geluid in de aarde en het kraken van het huis te horen.”

Standbeeld

In juli 1870 schrijft hij vanuit Osaka aan Jan: “Ik heb u vroeger reeds geschreven dat de onmiddellijke omtrek van Osaka een land is als Holland, geheel vlak, en bedekt met rijstvelden. Eenige uren ten Noorden beginnen de bergen, daar is het verrukkelijk. Een klein uitstapje heeft mij zo verlekkerd, dat ik er nu een wil maken van eene week. Gij ziet uit deze plannen dat ik volmaakt gezond ben.”

In 1872 reist hij terug naar Nederland. Vanuit Florence stuurt hij zijn laatste reis-brief. “Ik heb het druk, want ook in Florence is veel te zien. Dit is dus zeker de laatste keer dat ik u schrijf voor ons wederzien. Eindelijk.”
Koenraad zal in Japan niet worden vergeten.

Drie jaar later wordt zijn eerste dochter geboren. Zelf zal hij de aangifte niet doen want is ziek. Jacob Baart de la Faille, doctor in de heel- en verloskunde meldt zich in zijn plaats op het stadhuis. En meldt de geboorte van Petronella Johanna Caroline, op 19 maart om één uur in de middag ter wereld gekomen.

Revue

Lina Gratama was een dame waar je niet om heen kon. Ze schreef mee aan de politieke revue  “Kakelen is geen eieren leggen” waarin de spot werd gedreven met de oeverloze vaak denigrerende discussies die politici in 1916 voerden en die uiteindelijk leidden tot de invoering van algemeen kiesrecht. De revue was een doorslaand succes en werd opgevoerd voor afgeladen zalen. En besloot met een oproep om in de voetsporen te treden van pioniers als Aletta Jacobs en Wilhelmina Drucker:

Jonge vrouwen, vol illusies
Kindren van den nieuwen tijd
Neemt de taak der oudren over
Zet gij voort den grooten strijd
Neemt de toorts uit hare handen
Houd haar hoog en draagt haar trouw
Laat het vuur steeds blijven branden
Tot de ontvoogding van de vrouw.

Knijpbrilletje

Op 28 september 1919 werd de wet Marchant aangenomen en gold in Nederland het algemeen kiesrecht.
Lina Gratama werd 71 jaar. Ze was ongehuwd. Haar broer Gerard maakte op 12 juni 1946 namens de familie haar overlijden bekend in een advertentie in het Algemeen Handelsblad. Lina werd begraven op de Algemene Begraafplaats aan de Kerkhoflaan in Den Haag.
Ik vond slechts één portret van haar. Een tekening gemaakt door Edmée Broers. De krijttekening, in zwart en wit, stond een aantal jaren geleden gewoon op internet op de onvolprezen site van het gemeentearchief Den Haag. Maar kijk, door de huidige onmogelijke regelgeving een gevolg van een rechtszaak in 2018, voelt het Haagse gemeentearchief zich kennelijk aan handen en voeten gebonden. De tekening, alleen nog te bekijken in de studiezaal, is in 1917 gemaakt. Een statige vrouw kijkt ons vanachter een knijpbrilletje aan. Onderzoekend, met het oog van een schilderes. Zoals ze destijds ook moet hebben gekeken voordat ze aan het portret begon van dat meisje dat bij mij aan de muur hangt.