Die vreselijke Folk Dean

Ooit had ik pianoles. Dat hoorde bij de opvoeding. Mijn lerares kwam aan huis. Reed voor, met haar Renault Dauphine. Ging naar vier hoog en vond mij in zenuwen bij de piano. Ik studeerde zelden. Dat wist ze, maar bleef toch volharden.

Ik haatte die pianoles en haatte de man van de lesboekjes, van de methode die werd gevolgd. Folk Dean was zijn naam en ik maakte me een voorstelling van hem. Ergens in de Verenigde Staten woonde hij. In een houten huis. Op een kale prairie. Hij hield niet van muziek. Tenminste niet van de muziek waar ik graag naar luisterde en die in mijn hoofd zat. Meneer Dean wilde eigenlijk helemaal niet dat kinderen een piano aanraakten. Hij was als de schooljuf die ik ooit had en die mijn tekeningen afkeurde omdat ik me niet aan haar strenge regels had gehouden. Of de leraar die zei dat hij het niet over poëzie wilde hebben omdat hij ‘liedjes’ verafschuwde.

Vandaag ontdekte ik dat Folk niet in de VS woonde. Er misschien zelfs nooit is geweest. Hij was een Nederlander,  geboren in Ouder-Amstel en heette Theo. Theodorus Antonius Ettema (1906-1991).

Een recente column van organist Sietze de Vries heb ik zojuist gespeld. Hij veegt de vloer aan met de methode van Ettema. Die tot mijn schrik dus kennelijk nog steeds wordt gebruikt. Door luie docenten. Sietze de Vries spreekt van ‘De FD catastrofe’. https://www.sietzedevries.nl/improviseren/luie-docenten-de-fd-catastrofe/

Eindelijk gerechtigheid. Het wordt misschien eens tijd voor pianoles.